‘Maak van het tentenkamp een leerruimte over de gebrekkige staat van ons onderwijs’
OPINIE - Als de actievoerders iets tonen met hun tentenkamp op de campus, is het persoonlijke en maatschappelijke vorming. Eindelijk, verzucht filosofiehoogleraar Jan Bransen in deze ingezonden brief. Hij hoopt dat het engagement va deze studenten niet alleen gericht blijft op de Palestijnse zaak.
Vanaf mijn werkkamer heb ik een mooi uitzicht op het tentenkamp op de campus, de tientallen studenten die in kleurrijke tentjes ook in Nijmegen hun solidariteit uitspreken voor de Palestijnse zaak. Ik waardeer hun engagement en hun energie. Ik hou van het informele leren en ontwikkelen buiten de muren van het klaslokaal. De straat op: ook en vooral daar kun je leren. Ook en vooral daar kun je je stem laten horen als iets je niet zint.
‘Waarom accepteren zoveel studenten dat hun opleiding een strippenkaart is?’
Ik ben blij dat dit nu gebeurt, eindelijk. Al jarenlang hoop ik dat studenten zullen opstaan, dat zij zich krachtig zullen verzetten tegen belangrijke misstanden, zoals de enorme opwaartse druk in ons onderwijsbestel. Waarom komen er jaarlijks meer dan 500 studenten naar onze universiteit om op een wetenschappelijke wijze de menselijke psyche te gaan bestuderen, 650 studenten om op dito wijze bedrijven te bestuderen, 600 studenten om zich via een rechtenstudie toegang te verwerven tot de Zuidas?
Waarom laten zoveel studenten zich zonder morren disciplineren in deze meritocratie die van vorming en onderwijs een competitie maakt met winnaars en verliezers? Waarom accepteren zoveel studenten dat hun opleiding een strippenkaart is die ze dwingt om in een beperkte hoeveelheid tijd 180 EC af te tekenen? Waarom blijven studenten massaal weg van de campus omdat ze het gemak van weblectures wel zo aantrekkelijk vinden en thuis de koffie zoveel goedkoper is dan in onze bedrijfskantines? En waarom verzetten ze zich niet tegen de verborgen jeugdwerkloosheid die hen tot ver voorbij hun twintigste vasthoudt tussen de muren van een klaslokaal, waarna ze met een studieschuld de arbeidsmarkt betreden zonder dat duidelijk is of het bezit van een universitair diploma gelijke tred heeft gehouden met hun persoonlijke, maatschappelijke en zelfs intellectuele ontwikkeling?
Belangrijke vragen die op de campus nauwelijks tot een echt debat of tot gerichte actie leiden, zelfs niet binnen een universiteit die als actiebolwerk een reputatie heeft te verliezen.
Bildung
En daarom raakt de actiebereidheid die ik in het mooie voorjaarzonnetje aantref mij zo. Kunnen we dit geopolitieke engagement uitbreiden tot een breder engagement en zo de persoonlijke en maatschappelijke vorming – de Bildung – zichtbaar maken waarvan dit engagement getuigt? Misschien kunnen we zo ook voorkomen dat het bewogen verzet al te gemakkelijk en al te vrijblijvend overkomt. Want hoe belangrijk en hartverscheurend de Palestijnse zaak ook is, ik maak mij ook zorgen over de hype die dit verzet straks wellicht geweest blijkt te zijn, als de tenten weer weg zijn en de tentamens weer gehaald moeten worden. Palestina is ver weg en door de smalle koker van de massamedia, met hun echokamers, komt het onvoorstelbaar pijnlijke en getraumatiseerde conflict dat zich daar al meer dan 75 jaar tussen ‘the river’ en ‘the sea’ afspeelt, slechts platgeslagen en hopeloos vervormd in beeld.
Natuurlijk getuigt het van moed om in zo’n complexe kwestie duidelijk stelling te nemen, maar ik zou die moed, en dat engagement, zo graag verbinden met de gebrekkige staat van ons onderwijs en de studenten uitnodigen om van hun tentenkamp een leerruimte te maken waarin we het debat kunnen aanwakkeren over Bildung in ons onderwijs.
Daarom nodig ik deze studenten van harte uit om de persoonlijke en maatschappelijke vorming van de Nijmeegse mbo-, hbo- en wo-studenten mede aan te wakkeren. Sluit je aan bij Stichting Bildung Nijmegen. Zo kan het mes aan twee kanten snijden: niet alleen ons gesprek over Bildung en het nadenken over ander onderwijs krijgt een impuls, maar daarmee ook het tentenkamp zelf dat immers een voorbeeld is van de persoonlijke en maatschappelijke vorming die op onze campus – en in onze stad – tot bloei zou kunnen komen.
Jan Bransen is hoogleraar Filosofie van de gedragswetenschappen, academisch leider van het Radboud Teaching and Learning Centre en bestuursadviseur bij Bildung Nijmegen. Deze bijdrage kwam tot stand met medewerking van Paul van den Broek.
Comments